Openbaring van de Heer Jezus Christus aan Johannes
voor de gemeente uitgelegd
Dr. S.Geydanus, 1908
Uittreksel anno 2011 P.Hessel
Hoofdstuk 1 Inleiding
Het eigen getuigenis van Johannes omtrent de Apocalyps.
verzen 1 tot 3 pagina's 1 tot 45
Het getuigenis is drieërlei
1. Karakter, inhoud en oorsprong van het te schrijven boek.
Geen menselijke fantasie maar goddelijke openbaring over de toekomst gegeven door Jezus Christus.
2. Werkwijze: gewoon doorgeven wat hij hoorde en zag, geen wijzigingen.
3. Zaligheid van lezers hangt af van houding tegenover de profetie.
Geloof is de sleutel die de openbaring ontsluit, ongeloof sluit haar voor de lezer af.
Grote overeenkomst van dit deel met hoofdstuk 22 vers 6 tot 8: Goddelijk gezag. Vermoedelijk is de titel pas
geschreven na het afronden van het geheel, zoals derstijds gebruikelijk was (Zegel aan de rol).
Openbaring door Jezus Christus en  van Jezus Christus, Hij is zowel auteur als inhoud.
De diepere wortel van de openbaring is God zelf, hetgeen wordt aangegeven door de zinsnede "die hij van God 
ontving".
De openbaring kwam niet uit Johannes maar werd aan hem gegeven uit God, door Jezus Christus
via een engel, omdat Christus tot de herschepping in de hemel blijft, in het bestuurcentrum aan de rechterhand 
van de Vader. Het doel van de apocalyps is om de dienstknechten inzicht te geven in wat gebeuren moet. Er
wordt ons door profetie aangekondigd wat het voornemen van God is. Hij bepaalt alles en volvoert alles op de door
Hem vastgestelde tijd en wijze.
Dat er O.T. beelden en N.T. elementen te herkennen zijn komt niet doordat er een boek samengesteld is in de
loop der tijd. Johannes was bij de weergave betrokken, het ging niet buiten hem om. Hij kende uiteraard het O.T 
en was als apostel getuige van het N.T.  Ook speelde de gemoedsgesteldheid van Johannes op het moment van
weergave een rol, maar altijd door de werking van de Geest.
Gelet moet worden op de verschillende namen waarmee Jezus wordt aangeduid. Ieder daarvan heeft in openbaring
een eigen functionele plaats. Uitwerking volgt in: namen
Opvallend is de grote rol die engelen spelen in het hele wereldgebeuren zoals ons dat wordt getoond in 
Openbaring. Het hele leger van Gods engelen is ingeschakeld.
Zalig zijn zij die lezen en horen en het in hun hart en hoofd bewaren en er mee bezig blijven. Dat is van 
levensbelang. Wij moeten niet overvallen worden, niet misleid worden in de worsteling op leven en dood.
Zegengroet Hoofdstuk 1 verzen 4 tot 5a pagina's 45 tot 55
Het gaat niet om een wens maar om een krachtige ambtelijke verklaring gedaan in dienst van 
Jezus Christus.
De aankondiging is wel voorwaardelijk; alleen voor hen die in geloof aanvaarden. Alleen wanneer 
Christus zelf spreekt is het onvoorwaardelijk, scheppend.
Het gaat om de gemeenten in Klein Azie die onder het herderlijke opzicht van Johannes vielen.
De Heer zelf heeft dit zevental gemeenten gekozen om daarin zijn gehele kerk van alle volgende
eeuwen toe te spreken. Het getal zeven is symbolisch voor een afgesloten veelheid. 
In Openbaring is vrijwel alles symboliek en zeker de getallen.
Vrede kan er slechts zijn door genade. Het is voorbode van het vrederijk. Genade en vrede geven 
samen aan alles wat wij nodig hebben in het tijdelijk en eeuwig leven. Ze komen tot ons uit de volle 
Drie-eenheid. Hij die is en die was en die komt, de eeuwig onveranderlijke.
De zeven geesten spreken over God de Heilige Geest in alle volheid van zijn werking.
De betrouwbare getuige (martelaar) is Jezus Christus in zijn volle ambtsbediening als profeet,
priester en koning.
Eerstgeborene van de doden heerft een bredere betekenis dan opstaan uit de lichamelijke dood. 
Hij is de baanbreker met het eerstgeboorterecht, de eerste onder de broeders. Het duidt op de
relatie met alle christgelovigen die door hem nieuw geboren worden.
Heerser over de vorsten van de aarde.  Dit geeft zijn bevoegdheid en kracht aan om te
heersen in geheel de  aardse geschiedenis. Zijn koninkrijk zal geen einde kennen.
Lofverheffing door Johannes. vers 5b tot 6 pagina's 56 tot 60
Dit tekstdeel spreekt voor zich zelf. 
De Heer komt. vers 7 pagina's 60 tot 63
Te midden van de wolken, voor ieder zichtbaar
Hij is al komende. Johannes ziet de voortekenen al.
ook degenen die hem doorstoken hebben zullen rouw bedrijven. Er is ruimte voor berouw waarop vergeving volgt.
Vergelijk met Zacharia 12 vers 10 tot 14
Alle geslachten der aarde duidt op de gehele mensheid voorzover die deelgenoot zijn geworden zijn aan het heil 
van de Heer in Christus. Het gaat om alle geslachten, niet alleen de Joden (12 geslachten van Israel). Ieder die 
berouw heeft van zijn zonden. Zij zullen hun Messias en Koning aanbidden en huldigen.
Ja, amen. Beide woorden betekenen hetzelfde: het zal waar en zeker zijn. Amen is Hebreeuws, het woord met 
"ja"  vertaald schreef Johannes in het Grieks. Het geldt voor gelovige Joden en gelovige heidenen.
Net als Johannes moeten wij Christus die komende is verwachten en met alle kracht streven te doen wat Hij van 
ons vraagt.
Christus karakteriseert zich zelf. vers 8 pagina's 64 tot 67
Alfa en Omega De bron en het doel van heel de schepping is God.    
God, de Heer Nadruk op de goddelijke natuur van Christus.    
die is en die was en die komt Onveranderlijk aanwezig.        
de Almachtige Alle macht van engel, mens, levende wezens en levenloze natuur is aan
Hem onderworpen. Hem is gegeven alle macht in hemel en op aarde
(Matteus 28 vers 18).          
Christus opent de Openbaring met deze verklaring en sluit daarmee ook af in hoofdstuk 22.