D. DE WORTEL VAN ALLE KWAAD.

In 1 Tim. 6 : 10 staat dat geldzucht de wortel van alle kwaad is. De vertaling is mogelijk wat eenzijdig; wellicht is het beter om te lezen “een wortel van kwaad is liefde voor rijkdom” Kwaad is iets wat nog veel dieper gaat. De mens is geschapen als ambtsdrager van God. Alles wat daarmee strijdt, is dus kwaad. Zonde is alles wat niet gericht is op de eer van onze God en het uitvoeren van zijn wil. De tien geboden zijn ons gegeven nadat wij in zonde gevallen waren en zelf niet meer in staat tot toetsing. In feite is het schokkend dat een dergelijk lijstje nodig was en het is een daad van grote liefde dat God ons zijn wet dan maar op stenen tafels heeft gegeven omdat het niet meer duidelijk in ons hart stond. De Heidelbergse Catechismus vat samen in zondag 44: “Dat zelfs de geringste neiging of gedachte die tegen enig gebod van God ingaat, in ons hart nooit meer mag komen, maar dat wij altijd met heel ons hart alle zonden haten en liefde tot alle gerechtigheid hebben”.

Voor gevallen mensen, bekeerd of niet, is het absoluut onmogelijk aan die eis te voldoen. Wij kijken in deze spiegel en zien dat wij falen, iedere dag en tegen alle geboden. Gelukkig is de wet een dubbele spiegel en toont ons ook onze toekomst. Nadat wij zijn herschapen naar het beeld van Christus zal het wel degelijk zo zijn dat er alleen nog maar liefde voor alle gerechtigheid is. Als tempel van de Heilige Geest zal dit ons zalig lot zijn.

Het is intussen heel belangrijk dat wij goed nadenken over hoe diep het kwaad in ons zit. Voortdurende toetsing aan het spreken van God is nodig. Het blijkt dat ons menselijk gevoel veel te onbetrouwbaar is om ons te leiden. God gebiedt liefde voor de naaste. Je meest directe naaste is b.v. je vader of je moeder of broers en zussen. Wanneer je die echter lief hebt boven Christus zit je goed fout ( Matteus 10). Wie de wil van de Vader doet is familie van Jezus ( Matteus 12 : 50).

Nog moeilijker is het wanneer onze eigen persoon in beeld komt. Allen zijn wij geboren egoďsten, liefhebbers van onszelf. Zelfhandhaving en zelfzucht brengen ons in botsing met onze God, met onze medemensen, met de schepping. Deze zelfhandhaving is een gevolg van het luisteren naar de satan. Dat levert juist zelfvernietiging op; wij blijven daardoor afgesneden van de levensbron. In feite is satan de wortel van alle kwaad. De val heeft ons weggerukt van God, waardoor al onze relaties zijn verbroken. De gevallen rentmeester is tot in de diepste grond van zijn wezen onbekwaam tot enig goed en geneigd tot alle kwaad. Dat zou, ware het niet dat wij in Christus worden gered, alles vernietigen: ons zelf als schepsel van God, onze medemens, de volken, de natuur, de wereld.

De wortel van alle kwaad is in feite de satan die in ieder van ons nog steeds zijn verderfelijke invloed uitoefent.

Door heel de kerkgeschiedenis heen zijn er mensen geweest die geweigerd hebben deze harde visie op ons zelf te accepteren. Sommige christenen beriepen zich daarbij op Christus. Het aanvaarden van Christus als je verlosser zou je plotsklaps op een hoger plan brengen, waardoor de zonde uit je leven zou verdwijnen. De Heilige Geest zou dan voortaan in je wonen en je kunt er gerust op vertrouwen dat alles dan verder goed gaat. Ik kom daar op terug.

Ongelovigen blijven zichzelf altijd voeden met drogredenen. Het falen van de mens zou liggen aan sociale misstanden, verkeerde maatschappelijke structuren, de macht van het kapitaal, onvolwassenheid die het gevolg is van godsdienst, gebreken in de opvoeding etc. etc.. Het eigen ik als bron van kwaad is voor alle mensen een vrijwel onacceptabele conceptie. Het is echter juist dat eigen ik wat ons in de problemen brengt. De mens is een schepsel van God en kan alleen maar tot zijn bestemming komen uit Hem en door Hem en tot Hem. Er is geen neutraal terrein. Willen wij niet in dienst staan van de Algoede God, die liefde is, dan zullen wij onderworpen blijven aan de satan.(Lucas 11 : 23, Matteus 12 : 30). De mens is slechts stof waaraan de Geest gegeven is. Door de zonde is de gemeenschap met de Geest onmogelijk geworden. Christus heeft de mogelijkheid tot eenheid met de Geest hernieuwd en vervolmaakt. Wil de mens Christus niet accepteren, dan zal hij nog steeds slechts stof zijn, maar dan beheerst blijven door de kwade geest.

Wij allen halen uit de Bijbel zeer selectief datgene wat ons aanspreekt, waarbij de toetssteen dan ons eigen ik is. Het geheim is echter dat door de voortdurende prediking van Gods woord naar zijn wil, de Heilige Geest onze wil zal buigen. Wat wij “voelen” is onze oude mens. Er is echter een splinternieuwe nodig. Een leven lang van dagelijkse bekering en uiteindelijk herschepping door Christus zal dat wonder tot stand brengen. De volle Drie-eenheid is daarbij betrokken: Vader, Zoon en Heilige Geest. Toen God zei “laten wij mensen maken die ons evenbeeld zijn, die op ons lijken” was daar in laatste instantie heel het verlossend werk van onze Heiland al bij inbegrepen. Ons denken brengt ons daar niet en ons voelen al helemaal niet, het moet ons worden geopenbaard. De hele Schrift is daarvoor bedoeld; wij leren de weg tot zaligheid. In het paradijs wilden wij daar even vlug op vooruitgrijpen; nu dreigt dat gevaar opnieuw en ik vrees dat het in de eindtijd ten volle tot uiting zal komen. De mens wil God zijn buiten zijn Schepper om! Dat maakt hem tot een volslagen mislukkeling!

De wortel van alle kwaad ligt in onze geschonden natuur en blijft tot onze dood actief

Ieder die zich overgeeft aan de liefde van God in Jezus Christus zal ondanks deze kwade wortel worden herschapen naar het beeld van de Zoon. Laten wij intussen geen stemmen toelaten, die fluisteren dat wij er al zijn.